De kennisgevingsplicht van artikel 7:929 BW Wanneer begint de klok te tikken?
Artikel door 09/10/2025
-
De verzekeraar die ontdekt dat de verzekeringnemer niet heeft voldaan aan zijn mededelingsplicht, kan de gevolgen daarvan slechts inroepen binnen twee maanden nadat hij de niet-nakoming ontdekte. Uit het recente Sasagar/Vivat-arrest van de Hoge Raad lijkt – door te vereisen dat de verzekeraar “voldoende zekerheid heeft verkregen” van een schending van de mededelingsplicht – te volgen dat sprake moet zijn van een subjectief ‘ontdekken’: doorslaggevend voor de aanvang van de tweemaandentermijn uit art. 7:929 BW is dan wanneer de verzekeraar deze niet-nakoming daadwerkelijk ontdekte.
De Hoge Raad introduceerde in dit arrest echter ook een onderzoeksplicht in geval van aanwijzingen van een schending van de mededelingsplicht. Wanneer sprake is van een dergelijke aanwijzing die noopt tot nader onderzoek én wat de consequenties zijn van het niet (voldoende voortvarend) uitvoeren daarvan, liet de Hoge Raad over aan de lagere rechtspraak.