Kantonrechter weegt belang AOW’er zwaarder dan concurrentiebeding

Dossier door Mr. Henny van den Hurk - 25/11/2025

Eind maart 2025 bereikte de werknemer in deze zaak de pensioengerechtigde leeftijd. De werkgever beëindigde daarop om die reden de arbeidsovereenkomst. De werknemer had echter willen doorwerken, mede omdat hij in zijn werkzame leven slechts een beperkt pensioen had opgebouwd en voor zijn levensonderhoud naast zijn AOW-uitkering afhankelijk is van inkomsten uit werk. De werkgever wilde evenwel het dienstverband niet voortzetten en hield de werknemer strikt aan het overeengekomen concurrentiebeding. Kort gezegd: gedurende twee jaar na einde dienstverband mag de werk­nemer geen concurrerende werkzaamheden verrichten.

De werknemer wilde toch weer aan de slag in dezelfde branche. De voormalig werkgever weigerde echter toestemming te verlenen aan de werknemer om als zzp’er voor een ander bedrijf te werken. Dit leidde tot een kort geding, waarin de werknemer schorsing van het concurrentiebeding vorderde.


Deel dit artikel
Tags:
Auteur: Mr. Henny van den Hurk