Wegvervoer en geen verzwaarde motiveringsplicht

Dossier door Mr. V.R. (Vincent) Pool - 17 juli 2024

Deze zaak betreft CMR-vervoer van een zending elektronica van Duitsland naar het Verenigd Koninkrijk in opdracht van Weiss door DFDS. DFDS besteedt het vervoer uit aan Boekestijn. Na inontvangstneming van de lading brengt de chauffeur de nacht door op een parkeerplaats in Duiven, omdat hij zijn maximale rijtijd heeft bereikt. Er is camerabewaking, maar dat verhindert niet dat een deel van de lading wordt gestolen. Weiss begint een procedure tegen DFDS in Duitsland en DFDS schikt aldaar de zaak en, zoals dat vaak gaat in Duitsland, wordt een dergelijke schikking vastgelegd door de rechter. Vervolgens start DFDS een procedure in Nederland tegen Boekestijn waarin zij vergoeding van het schikkingsbedrag vordert. Boekestijn vordert op haar beurt dat zij zich kan beroepen op de aansprakelijkheidslimitering.

Bij verlies van of schade aan de vervoerde goederen kan de vervoerder zich in beginsel beroepen op de aansprakelijkheidslimitering van 8,33 SDR per kilogram verloren of beschadigd gewicht. Gevolgschade is uitgesloten. Alleen in het geval dat de vervoerder gehandeld heeft met opzet of volgens het nationale recht van de aangezochte rechter daarmee gelijk te stellen schuld, kan hij die beperking niet inroepen. In Nederland heeft de Hoge Raad onder meer in de zogenoemde ‘5 januari-arresten’ en een zeer streng criterium aangelegd om tot doorbreking van de beperkte aansprakelijkheid te komen. Een diefstal uit een trailer op een parkeerplaats is volgens vaste jurisprudentie niet voldoende voor de doorbreking van de beperkte aansprakelijkheid.


Deel dit artikel
Tags: