Aankondiging van opzeggen verzekering niet direct gedeeld met klant
Dossier door 29 maart 2023
-De verzekeringsovereenkomst tussen een verzekeraar en de verzekeringnemer kan – net als andere overeenkomsten – worden opgezegd. Als aan de voorwaarden voor opzegging is voldaan, staat het partijen immers vrij om in de toekomst geen zaken meer met elkaar te doen. Een van die voorwaarden is het in acht nemen van een opzegtermijn. Deze opzegtermijn stelt de andere partij in staat om zijn heil anders te kunnen zoeken, zodat hij niet voor een voldongen feit gesteld wordt. Als een verzekeraar de brief met de aankondiging van de opzegging aan de adviseur stuurt, dan zal de adviseur deze informatie met zijn klant, de verzekeringnemer, moeten delen. Er kan dan gezocht worden naar een alternatieve passende verzekeringsdekking bij een andere maatschappij. In deze zaak, die in hoger beroep aan het Hof Arnhem was voorgelegd, speelde de vraag of de adviseur de klant wel op tijd had geïnformeerd over de aangekondigde opzegging. De casus was als volgt.
X is eigenaar van ruim twintig bestelwagens. Deze bestelwagens stelt X ter beschikking aan de transportonderneming van zijn dochtervennootschap. Via bemiddeling van zijn adviseur had X het bestelwagenpark verzekerd bij HDI. In januari 2017 heeft HDI aan de adviseur te kennen gegeven dat de polis van X per 31 december 2017 beëindigd zal worden. De adviseur heeft op 18 december 2017 een nieuwe offerte van de verzekering (bij Amlin) aan X gestuurd. De jaarpremie bedroeg ruim 83.000 euro, terwijl X bij HDI in 2017 ruim 45.000 euro aan premie betaalde. Hoewel X aangaf dat deze premiestijging heel fors was, is men toch akkoord gegaan. In de loop van 2018 heeft de adviseur nogmaals een inventarisatieronde bij diverse verzekeraars gedaan. Daaruit kwamen premies naar voren die lagen tussen de 88.000 en 97.000 euro. X heeft in 2018 zelf – zonder medeweten van zijn adviseur – naar een offerte geïnformeerd. X heeft vervolgens rechtstreeks (en nog steeds buiten de adviseur om) bij TVM een verzekering gesloten voor het wagenpark. Over het jaar 2019 berekende TVM aan X een premie van ruim 48.000 euro. Dit bedrag was ongeveer gelijk aan de premie die X eerst (dus voorafgaand aan de opzegging) bij HDI betaalde (ruim 45.000 euro) en ruim minder dan de premie van Amlin en Avéro Achmea. X vindt achteraf dat hij in het jaar 2018 te veel premie heeft betaald. X stelt zijn adviseur daarom aansprakelijk. De schade die X vordert is gelijk aan de premie die X in 2018 aan Amlin heeft betaald minus het bedrag dat X naar schatting bij TVM zou moeten betalen voor de verzekering van zijn wagenpark.