Inhouding op uitkering niet-gevestigd pandrecht op levensverzekering
Dossier door 6 december 2022
-Wanneer de verpanding van de rechten uit een levensverzekeringsovereenkomst aan de bank, niet aan de verzekeraar is medegedeeld, is de bank gehouden de gehele uitkering aan de begunstigde uit te betalen. Doet de bank dat niet, dan is sprake van een onrechtmatige daad. Dit blijkt uit het hier te bespreken arrest van Gerechtshof Amsterdam.
De feiten zijn als volgt. In 2004 heeft een man een levensverzekering gesloten die bij zijn overlijden 1,3 miljoen euro uitkeert. Begunstigde is zijn echtgenote. De rechten uit deze levensverzekering heeft de man aan de bank verpand, tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de man blijkens de administratie van de bank van hem te vorderen heeft of mocht hebben. De bank heeft de verpanding in maart 2005 schriftelijk aan de verzekeraar meegedeeld. Ter financiering van de woning van de man en de vrouw heeft de bank in 2008 een lening van (afgerond) 3.144.000 euro aan de holding van de man verstrekt. Tot zekerheid van de aflossing van deze lening zijn een aantal zekerheden overeengekomen, waaronder een eerste en een tweede hypotheekrecht op een registergoed, niet zijnde de woning (hierna: het registergoed) en een (tweede) pandrecht op de vordering van de man uit de levensverzekering. In de pandakte is vermeld dat de man tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de bank blijkens haar administratie van de holding te vorderen heeft of mocht hebben, alle rechten verpandt die voor de man voortvloeien uit de tussen hem en de verzekeraar gesloten verzekeringsovereenkomst.