Recht op uitkering onder arbeidsongeschiktheidsverzekering?

Dossier door Mr. F.E. (Frederike) Rijpkema - 2 november 2021

De oud-werkgever van de consument heeft bij de verzekeraar een aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering gesloten voor de consument. Begin 2020 maakt de consument – vanwege ziekte aanspraak op de door zijn oud-werkgever voor hem gesloten aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering. Bij brief van 15 juni 2020 en 24 november 2020 informeert de verzekeraar de consument dat geen recht bestaat op een uitkering, omdat de eerste ziektedag van de consument ná de datum van uitdiensttreding ligt. De verzekering was volgens de verzekeraar toen al geëindigd en biedt daarom geen dekking meer.

De consument stelt zich op het standpunt dat hij wel recht heeft op een uitkering. De consument weet niet meer wanneer hij uit dienst is getreden, maar weet wel zeker dat de datum van de uitdiensttreding na de datum van zijn eerste ziektedag ligt. De consument heeft derhalve (slechts ter aanname) 31 augustus 1995 opgegeven als datum van uitdiensttreding. De oud-werkgever beschikte niet meer over het personeelsdossier van de consument, dus kon hem ook niet informeren over de datum van uitdiensttreding. Daarnaast vindt de consument dat de oud-werkgever de datum van uitdiensttreding aan de verzekeraar had moeten melden en de verzekeraar daarom zelf op de hoogte had horen te zijn van de desbetreffende datum. De eerste ziektedag zou ruim voor de reeds genoemde datum van uitdiensttreding liggen, omdat uit een uitspraak van de kantonrechter van 27 juni 1995 volgt dat hij sinds 20 april 1994 arbeidsongeschikt is. Tot slot stelt de consument dat de verzekeraar zich zakelijk en niet-coöperatief heeft opgesteld.