Wegvervoer; wie moet wat bewijzen?
Dossier door - 29 april 2021
Het komt voor dat de vervoerder of een derde schade lijdt door gedragingen van de afzender. Dan spreken we over afzendersaansprakelijkheid. Deze schades kunnen ontstaan doordat de lading gevaar veroorzaakt aan het voertuig (denk aan ontbranding van een ten vervoer aangeboden gevaarlijke stof). Ook kan schade ontstaan doordat foute informatie over de lading is opgegeven.
De problematiek van de afzendersaansprakelijkheid speelde ook in deze procedure voor het Hof Den Bosch. De situatie was als volgt. Een Bulgaarse partij geeft opdracht tot vervoer van Landgraaf naar het Verenigd Koninkrijk aan de Nederlandse vennootschap A. A schakelt op zijn beurt het eveneens Nederlandse B in. Op 21 oktober 2015 laadt een chauffeur van B de pallets in een trailer. De bijbehorende CMR-vrachtbrief vermeldt dat het zou gaan om ‘4 pallets kitchenware 112 boxes’. De chauffeur maakt een tussenstop in Kerkrade, waarna de pallets in Eindhoven worden overgeslagen, voorzien van stickers en worden gecrossdockt. Een andere chauffeur van B vervoert de zaken vervolgens richting het Verenigd Koninkrijk. De Franse douane houdt de chauffeur echter aan voor inspectie. Er worden sigaretten aangetroffen. Deze sigaretten zijn smokkelwaar, waarvoor geen accijnzen zijn voldaan. De Franse douane maakt een proces-verbaal op, waarin wordt verwezen naar de vrachtbrief die overhandigd is door A aan B. Door dit voorval lijdt B schade, wat zij wenst te verhalen op A.