‘Deskundige I en deskundige II trekken verschillende conclusies over de oorzaak’ X is eigenaar van een woning. Op 18 januari 2024 ontdekte X waterschade aan zijn woning, veroorzaakt door lekkage van het platte dak.

Bouwbedrijf X heeft in 2019 werkzaamheden uitgevoerd langs de snelweg in opdracht van opdrachtgever Z. De opdracht bestond uit het ontwerpen, leveren en plaatsen van een geluidsscherm.

X is eigenaar van een woning. In november 2023 heeft X waterschade ontdekt aan de binnenmuur van de slaapkamer en de keuken. X heeft hiervan melding gemaakt bij zijn verzekeraar, ASR, bij wie hij een woonhuisverzekering met allriskdekking heeft.

X is eigenaar van een woning. Volgens X is er als gevolg van noodweer in februari 2022 waterschade ontstaan aan het plafond van de woonkamer en het plafond in de hal van zijn woning.

In 2020-2021 is het monumentale hoofdgebouw van verzekerde zowel aan de binnen- als de buitenzijde gerenoveerd door een bouwbedrijf. Aan de technische installaties in de kelder hebben geen werkzaamheden plaatsgevonden.

De consument heeft op 26 april 2021 een beroep gedaan op zijn woonhuisverzekering in verband met waterschade. Op het schadeformulier heeft de consument aangegeven: ‘De wasmachine is gaan lekken op de zolderetage door een losse slang.

De consument is vergeten om de keukenkraan dicht te draaien. Daardoor zijn de keuken en de woonkamer ondergelopen. Er is waterschade ontstaan en consument heeft een beroep gedaan op zijn verzekeraar.